Kalmerende signalen/in gesprek met je hond

Boek: "Kalmerende signalen/in gesprek met je hond " - Turid Rugaas 
Boekverslag in het licht van de hedendaagse tijd en Trainingsvrij Opvoeden 
Annemarie Burger maart 2024

Korte inhoud van het boek

Turid Rugaas (geb. 1938) is een Noorse hondentrainster, die vanaf de 80-90er jaren aan de basis stond van een nieuwe, vriendelijkere omgang met honden in een tijd dat de dominantietheorie hoogtij vierde.
Turid is wereldwijd bekend om haar interpretatie van en omgang met de signalen die honden uitzenden, waar ze op reageren en de wijze waarop mensen deze signalen kunnen gebruiken om beter met hun hond te kunnen communiceren.
In het boek worden 30 kalmerende signalen benoemd, gebaseerd op lichaamstaal, waarmee hondachtigen zich uitdrukken. Volgens Turid worden de signalen gebruikt als preventie tegen conflicten en ingezet al ruim voordat er een eventueel conflict dreigt.
De signalen worden uitgebreid beschreven en gaan gepaard met voorbeelden (uit haar eigen praktijk) en foto’s. Een aantal van deze signalen zijn: ‘kop afwenden, gebruik van de ogen, wegdraaien, gapen, gaan liggen, snuffelen, in een bocht lopen, langzame bewegingen en borstelen’. Naast kalmerende signalen gebruiken honden ook afstand-vergrotende (dreig)signalen zoals onder andere: ‘tanden laten zien, lip optrekken, grommen, blaffen, snappen en uitvallen (afschrikken)’.
Er worden enkele tips aangereikt hoe je kan leren observeren en hoe je zelf de signalen kunt inzetten in de communicatie met honden.
Het boek besteedt ook kort aandacht aan de ontwikkeling van pups m.b.t. kalmerende signalen en stress bij honden.
In het boek wordt aangegeven dat het van belang is om als mens enige kennis te hebben van de hondentaal, omdat je de hond dan beter begrijpt en op gedrag kan reageren.
Er wordt een pleidooi geschreven voor de omgang met honden vanuit de rol als ouder i.p.v. leider.
Aan het einde van het boek wordt het belang van een respectvolle omgang en een goede relatie met je hond benadrukt. Turid geeft aan dat het begrijpen van hondentaal alleen onvoldoende is om een goede relatie op te bouwen met honden, maar dat het wel een grote stap is in de goede richting.

Feedback en het boek in het licht van de hedendaagse tijd en TvO

In het gedachtengoed van Turid Rugaas staat het welzijn van de hond voorop, waarbij het van groot belang is om de emoties van honden serieus te nemen, daar rekening mee te houden en leefomstandigheden te creëren, waarin tegemoet wordt gekomen aan de behoeften van de hond.
Het boek is ruim 20 jaar geleden geschreven en in een tijd dat het trainen van honden populair werd en trainingsmethoden en omgang met honden gebaseerd waren op de inmiddels al lang achterhaalde dominantietheorie.
(Helaas worden honden in de huidige tijd nog steeds gedomineerd, in grote en kleine zin, op grote en kleine schaal.....)
De voorbeelden die Turid gebruikt om lichaamstaal van honden te duiden geven een tijdsbeeld aan van een in die tijd vaak gangbare, onvriendelijke (dominante) omgang met honden (zoals boos worden, schreeuwen, uitschelden, aan de lijn rukken, commanderen, straffen).
Met een voorbeeld van een doorsnee ochtend (blz.8) gaat ze mijns inziens erg ver om aan te duiden hoe signalen werken... ik hoop en wens dat hond en mens niet zulke doorsnee-ochtenden hebben, nu niet en toen niet.
  
In dit boek pleit Turid voor een vriendelijkere manier van omgang met honden en met het in kaart brengen van lichaamstaal/kalmerende signalen heeft zij een belangrijke bijdrage geleverd aan meer begrip van hondentaal en ruimte gecreëerd voor een betere verstandhouding tussen mens en hond.
We mogen haar zeer dankbaar zijn voor haar werk!

Kennis over lichaamstaal van honden en de kalmerende en afstand-vergrotende signalen kan goed helpen om te zien en horen wat een hond voelt en bedoelt.
Als je de signalen herkent kan dat helpen de stress bij honden te verminderen.
Verminderen van stress geeft ruimte voor meer welbevinden. Verbeteren en/of waarborgen van het welzijn van de hond is een van de doelen van het werken vanuit TvO.
Het is van belang ons te realiseren dat veel gedragingen onbewust zijn en dat honden vaak niet heel bewust bepaalde signalen inzetten om een ander of situatie te kalmeren.
Veel reacties zijn ook fysieke reacties vanuit processen in het zenuwstelsel en brein. Bewuste en onbewuste gedragingen zijn individu afhankelijk en ook rasgebonden bij honden.
Veel (kalmerende) signalen zijn wel universeel en helpen honden om te communiceren.
De hond als een wezen met een eigen ‘ik’ wordt in het boek kalmerende signalen niet genoemd, waardoor het kan overkomen dat elke hond grotendeels gelijk is en dus maakbaar. Hiermee gaan we voorbij aan de werkelijke persoonlijkheid van de hond.
Turid Rugaas noemt het zelf al in haar boek ‘om een goede relatie met je hond op te bouwen is het waarschijnlijk niet voldoende om de lichaamstaal te begrijpen’.
Zij vraagt (naast respect voor de hond) vooral aandacht voor de kennis over lichaamstaal en gedrag van de hond voor een betere communicatie met de hond.

Bij TvO ligt het accent op het zien van de hond als eigen individu en het belang van het aangaan van een liefdevolle verbinding. Hierbij is oogcontact, het werkelijk zien van de hond, van de ziel, een essentieel onderdeel van het contact.
Turid benoemt als een van de kalmerende signalen ‘het gebruik van de ogen’.
Wanneer de hond niet de mogelijkheid heeft om zijn kop af te wenden om aan te geven dat hij zich niet op zijn gemak voelt kan hij bijvoorbeeld zijn ogen zachter maken.
Aangegeven wordt dat je dit zelf ook kan toepassen door niet op ooghoogte met je hond te gaan staan of zitten, waardoor je blik zachter en waarschijnlijk minder bedreigend over zal komen. Uiteraard kan een bepaalde manier van de ander in de ogen kijken, aanstaren, ongemak veroorzaken of bedreigend overkomen. Uit de tekst zou af te lezen kunnen zijn dat je je hond nooit moet aankijken. Als we een hond nooit in de ogen kijken, zou dat meer dan jammer zijn en een gemiste kans om te kijken met de ogen van het hart. Door oogcontact kun je echt zielscontact maken, waardoor de verbinding voor zowel hond en mens op zoveel niveaus voelbaar kan zijn. 
Daarnaast is oogcontact ook heel belangrijk voor co-regulatie en komt er oxytocine vrij, een hormoon dat een goed gevoel geeft en een rol speelt bij verbinding en hechting.
In het boek wordt veelvuldig gebruik gemaakt van de benaming ‘baas’ en ‘eigenaar’. Hiermee wordt een ongelijkwaardigheid en machtsverhouding uitgedrukt, die we binnen TvO liever niet zien. Uiteraard is het de mens in de relatie met de (huis)hond, die veel verantwoording moet nemen voor het welzijn van de hond en daar vanuit ook beslissingen maakt en begrenzingen aangeeft. 
Weliswaar is het binnen deze relatie van groot belang de hond te zien als eigen individu met persoonlijke wensen en behoeften, die ruimte moet krijgen eigen keuzes te maken (binnen veilige grenzen) om zo veel als mogelijk zichzelf te kunnen zijn en om in echte verbinding te kunnen staan met zichzelf, anderen en zijn omgeving.

Hoe we de mens naast de hond het beste kunnen noemen?

Turid noemt het belang van de rol als ouder i.p.v. leider. .. hoewel de naam ‘ouder’ ook niet echt passend is komen we hiermee wel weg van het gevoel van macht en bezit... benamingen en woorden drukken ook gevoel en waarden uit... het is van belang deze zorgvuldig te kiezen.
In de introductie van het boek wordt benoemd dat honden op weg naar volwassenheid veelvuldig contact moeten hebben met soortgenoten. Zo kunnen zij samen de belangrijke communicatieve vaardigheden en lichaamssignalen ontwikkelen en uitgroeien tot sociaal goed functionerende honden.
Vanuit TvO kijken we in deze naar het belang van de kwaliteit van gezondheid en welzijn van de (voor)ouders van de pup, de zwangerschap/bevalling/omgeving/aanwezigheid van andere familieleden en de periode in het nest als basis.
Als aan een aantal belangrijke voorwaarden wordt voldaan zullen pups in het nest al heel veel leren en is veelvuldig contact met soortgenoten geen must om uit te groeien tot sociaal goed functionerende honden. Veelvuldig slecht kwalitatief contact kan zelfs een positieve (sociale) ontwikkeling in de weg staan.
Binnen TvO ligt de nadruk op dat de hond zich zo goed mogelijk voelt en zoveel mogelijk zichzelf kan zijn (binnen veilige grenzen) en niet zo zeer op ‘goed functioneren’.
Goed functioneren kunnen we ook in het licht zien als gewenst gedrag vertonen en aanpassen. 
Dat helpt vooral de mens, die de hond vaak dwingt in een leven te passen, waarbij de hond concessies moet doen die hem of haar (nog verder) weg brengt van zichzelf.

In het boek wordt trainen van de hond als normaalste zaak van de wereld beschouwd.
Trainen om gewenst gedrag aan te leren en ongewenst gedrag af te leren.
Positief belonen van gedrag en negatief gedrag negeren.
Deze manier van kijken gaat voorbij aan het werkelijke ‘zijn’ van en respect voor de hond (negeren kan zelfs erg pijnlijk zijn).
Het legt de nadruk op maakbaarheid en manipulatie d.m.v. beïnvloeden van gedrag door training.
Wanneer we de hond ruimte geven om (bij) zichzelf te (leren) zijn, zal de hond voelen, ervaren en in verbinding kunnen zijn met zichzelf, de ander en zijn omgeving.
Van hier uit kunnen er keuzes gemaakt worden die passen en zal de hond vanuit intrinsieke motivatie datgene doen wat (voor hem/haar) goed is.
Trainen, straffen, belonen, gedrag ‘shapen’ is dan allemaal helemaal niet nodig. ... STERKER NOG ... het brengt de hond verder weg van zichzelf.
Ook in de huidige tijd is trainen de gangbare manier om honden iets te leren en met hen om te gaan.
Om daar anders naar te kijken is het nodig dat wij mensen dichter bij onszelf (leren) zijn, meer bij gevoel komen en vanuit liefde de verbinding met de ander, de hond aan gaan... ‘durven’ aan gaan, want jezelf aankijken, daar is vaak lef voor nodig....
Turid Rugaas heeft in haar boek de focus gehad op lichaamstaal en kalmerende signalen van honden en was toentertijd revolutionair voor de hondentraining.
Haar kijk gaf ook ruimte voor een vriendelijkere manier van omgaan met honden.
Gelukkig!
De feedback die ik geef op het boek gaat natuurlijk voorbij aan dat wat zij in die tijd beoogde. In dit verslag heb ik op een aantal mijns inziens essentiële punten een reactie gegeven in het licht van de hedendaagse tijd. Het is absoluut geen volledige feedback op de inhoud van dit boek, zo is het ook niet bedoeld.

Turid’s kennis en ervaring m.b.t. hondentaal is nog steeds van groot belang en ieder mens met een hond in het gezin zou op de hoogte moeten zijn van hondentaal en het boekje moeten ‘kennen’.
De hond wordt dan misschien wat beter begrepen en het zou het leven van de hond makkelijker kunnen maken en de relatie tussen hond en mens kunnen versterken.

Veel (welzijnsgerichte) hondenprofessionals gebruiken binnen hun werk lichaamstaal en de kalmerende signalen als basis van omgang en communiceren met honden en daarbij dit boek als uitgangspunt. Herschrijven van het boek zou in mijn ogen een meerwaarde hebben.
Voorbeelden uit de praktijk kunnen anders worden beschreven, waardoor het boek in de tijd van nu kan worden gelezen en de voorbeelden met onvriendelijke omgang met honden geen negatieve energie meer in zich draagt.
Daarnaast zou er d.m.v. tekst en beeld veel meer nadruk gelegd kunnen worden op het eigen ‘zijn’ van de hond en de ruimte die het nodig heeft voor eigen ‘beweging’.
Veel meer nadruk op verbinding en naast de hond staan in plaats van de hond bij zichzelf weg halen en laten passen in het plaatje van de mens.
Weg van trainen, belonen (met koekies), maar samen zijn en naast elkaar staan in het leven en de wereld vanuit liefdevolle verbinding, veiligheid en (zelf)vertrouwen.
Ik denk dat het tijd is voor een volgende revolutie!


Dit boekverslag is geschreven door Annemarie  Burger, deelnemer aan de opleiding Trainingsvrij opvoeden en Holistisch werken module 2.